Onbedoeld hoogteverlies tijdens de nadering, Sikorsky S-61N, Waddenzee, 30 november 2004
Op 30 november 2004 maakte de helikopter PH-NZG, een Sikorsky S-61N, een vlucht vanaf Den Helder Airport naar het olieplatform L10A in de Noordzee. Na de landing op het platform steeg de helikopter om 14.59 uur op voor de terugvlucht. Aan boord bevonden zich drie bemanningsleden (twee vliegers en een cabin attendant) en twaalf passagiers. Het weer in Den Helder kenmerkte zich door een lage bewolking en een beperkt zicht. De wolkenbasis en het zicht waren iets boven de vereiste minima om een landing op Den Helder Airport te mogen uitvoeren. Tijdens de ILS-nadering waarbij in de wolken werd gevlogen, liep de snelheid van de helikopter langzaam terug van de aanvangssnelheid van 70 knopen naar ongeveer 20 knopen. Dit werd niet door de bemanning van de helikopter opgemerkt. Omdat het verlies aan voorwaartse snelheid niet werd gecompenseerd door meer vermogen, ontwikkelde zich een hoge verticale daalsnelheid. De gezagvoerder, die de helikopter niet zelf bestuurde, had dit pas op het laatste moment in de gaten en nam meteen de besturing over. Om de snelle daling te stoppen trok hij maximaal collective. Deze actie kon echter niet meer voorkomen dat de helikopter het water van de Waddenzee raakte. Doordat de gezagvoerder de collective omhoog getrokken hield, kwam de helikopter weer snel van het water los. Vervolgens vloog de helikopter langzaam terug naar de luchthaven Den Helder Airport waar het toestel landde. Bij het voorval raakte niemand gewond. De gearbox van de helikopter was overbelast geraakt en moest worden vervangen.
Documenten
Aanbevelingen
Reacties
Reacties
