
Airprox, Robin DR 400/140B, Beech F33A Bonanza, Rotterdam The Hague Airport
De PH-SVT, een Robin DR 400/140B, ontving van de luchtverkeersleiding een klaring om te mogen opstijgen vanaf baan 24 op Rotterdam The Hague Airport en
vervolgens via de Mike vertrekprocedure het plaatselijk luchtverkeersleidingsgebied (CTR) in het noordoosten te verlaten. Het toestel, met aan boord een instructeur en een leerling, steeg op om 11.20 uur onder zichtvliegomstandigheden. Het zicht aan de grond bedroeg meer dan 10 kilometer. De PH-MOP, een Beech F33A Bonanza met aan boord een piloot en passagier, ontving een gelijkluidende klaring en steeg een minuut na de Robin op. De luchtverkeersleider informeerde de piloot van de Bonanza dat het voorgaande verkeer dezelfde vertrekprocedure volgde.
De instructeur aan boord van de Robin meldde op de torenfrequentie, toen hij nabij punt Mike vloog, dat er een vliegtuig vlak voor hem vloog. Hij schatte de minimale verticale afstand tussen beide toestellen op circa 50 voet en de horizontale afstand op circa 50 meter. De luchtverkeersleider antwoordde dat dit vliegtuig hem zojuist was gepasseerd en dat de piloot wist waar de Robin zich bevond. De luchtverkeersleider nam contact op met de Bonanza. De piloot daarvan meldde dat hij op dat moment over het punt Mike vloog en de CTR verliet. De luchtverkeersleider meldde hem dat zijn toestel in de nabijheid van de Robin was gekomen. De piloot van de Bonanza antwoordde dat hij de Robin niet had gezien. Beide vliegtuigen zetten hun vluchten voort. Er werden geen verdere bijzonderheden gemeld.
De gezagvoerder van de Bonanza meldde na afloop dat hij na de start een linkerbocht had gemaakt en toen een vliegtuig richting de Waalhaven zag vliegen en aannam dat dit toestel de CTR via het zuidwesten zou verlaten. Daarna maakte de gezagvoerder nog een linkerbocht om ten zuiden van de A20 snelweg en de naastgelegen spoorlijn richting het punt Mike te vliegen. Hij had zijn passagier gevraagd het andere toestel in de gaten te houden, zodat hij zich zelf op mogelijke tegenliggers kon concentreren. Volgens de passagier vloog het andere waargenomen toestel op een veilige afstand.
De gezagvoerder van de Bonanza was in het bezit van een bewijs van bevoegdheid voor privévlieger en een geldige medische verklaring. Hij had een totale vliegervaring van ruim 1300 uren. De gezagvoerder van de Robin was in het bezit van een bewijs van bevoegdheid voor verkeersvlieger en een geldige medische verklaring. Hij had een totale vliegervaring van circa 9700 uren.
Beide vluchten vonden plaats onder zichtvliegvoorschriften (VFR) in luchtruim klasse C. Hier bewaakt de luchtverkeersleiding de separatie tussen het VFR-verkeer en zogenoemd IFR-verkeer (vliegverkeer onder instrumentvliegvoorschriften). Het bewaken van de afstand tussen VFR-vluchten onderling is echter de verantwoordelijkheid van het VFR-verkeer zelf. Wel verstrekt de luchtverkeersleiding VFR traffic information en op verzoek adviezen om verkeer te vermijden.
De luchtverkeersleider wist dat een Beech Bonanza, zoals de PH-MOP, een hogere snelheid zou hebben dan een Robin zoals de PH-SVT. Om deze reden gaf hij bij het vertrek aan de piloot van de Bonanza traffic information over de voor hem vertrokken Robin. Hij verstrekte geen traffic information aan de piloot van de Robin. De piloot van de Robin was zich niet bewust van de positie van de Bonanza op dezelfde vertrekroute en beoordeelde de onderlinge afstand tussen beide toestellen als niet veilig genoeg.
Het voorval kon ontstaan doordat de Bonanza toestemming kreeg om vlak na de Robin op te stijgen en dezelfde vertrekprocedure te volgen. Toen de Bonanza de Robin naderde, nam de piloot van de Bonanza het andere toestel niet waar. Het is niet duidelijk geworden of het toestel dat de passagier waarnam daadwerkelijk de Robin was.
Het geven van traffic information verhoogt de alertheid van vliegtuigbemanningen. Dit levert in een CTR waarin het VFR-verkeer met geringe hoogteverschillen vaste VFR-routes volgt, een belangrijke bijdrage aan de situational awareness. Piloten dienen zich te realiseren dat het bewaken van de afstand tussen VFR-vluchten onderling in een CTR de verantwoordelijkheid van het VFR-verkeer zelf is.
Dit ernstig incident is opgenomen in de Kwartaalrapportage Luchtvaart over het 2e kwartaal van 2019.